Ga naar de homepage
 
 
Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden in Santo Domingo
 
 
 
 
 
 
Homepage > Over Nederland > Algemeen > Ruimtelijke ordening
Ruimtelijke ordening

Keuzes maken tussen wonen, werken en natuur

Nederland is het dichtstbevolkte land van Europa. De behoefte aan ruimte voor wonen, werken, infrastructuur, voorzieningen, recreatie, sport, water en natuur neemt toe. Ruim zestien miljoen Nederlanders leven op 41.528 vierkante kilometer, dan moet je zorgvuldig omgaan met iedere meter land. Dat betekent: rekening houden met veel uiteenlopende belangen, keuzes maken en creatieve oplossingen bedenken.


De wijk 'Java eiland' te AmsterdamRuimtelijke ordening

Nederland is het dichtstbevolkte land van Europa. De behoefte aan ruimte voor wonen, werken, infrastructuur, voorzieningen, recreatie, sport, water en natuur neemt toe. Ruim zestien miljoen Nederlanders leven op 41.528 vierkante kilometer, dan moet je zorgvuldig omgaan met iedere meter land. Dat betekent: rekening houden met veel uiteenlopende belangen, keuzes maken en creatieve oplossingen bedenken.

De ruimte ontwikkelen

Nederland is een land waar veel geregeld is. Het doel voor de komende jaren is het aantal regels te verminderen en de regels te vereenvoudigen. Het ministerie van VROM, dat gaat over wonen, ruimte en milieu, geeft de hoofdlijnen van het ruimtelijke beleid en ontwikkeling van Nederland aan. Het ministerie stimuleert andere overheden en private partijen om bij ruimtelijke projecten in een zo vroeg mogelijk stadium samen te werken. Dit komt neer op gezamenlijk de opties bekijken voor de inrichting van een bepaald gebied en dit op een creatieve en interactieve manier in te vullen. De Wet op de Ruimtelijke Ordening geeft het wettelijke kader aan voor de ruimtelijke ontwikkeling in Nederland. De gemeente is hiervoor op lokaal niveau verantwoordelijk. De gemeenteraad stelt daartoe bestemmingsplannen vast, die door de provincies moeten worden goedgekeurd. Hierin wordt aangegeven hoe de grond mag worden gebruikt en wat er in en op de grond mag worden gebouwd. De provincies zijn verantwoordelijk voor het opstellen van zogenaamde streekplannen. Ten slotte worden plannen voor de ruimtelijke ontwikkeling internationaal afgestemd.

Prettig en veilig wonen

Meer, betere en betaalbare woningen, met meer keuzevrijheid voor de inwoners van Nederland, gebruik van milieuvriendelijke bouwmaterialen en een veilige woonomgeving: dat is in een notendop wat de Nederlandse overheid voor ogen heeft als het gaat om het thema wonen. De overheid stimuleert dat meer tempo gemaakt wordt bij het bouwen van meer woningen, want er is een tekort aan woonruimte in Nederland. Ook wordt erop gelet dat de woningen voldoende kwaliteit hebben. Daarbij gaat het niet alleen om de bouwkundige kwaliteit, maar ook om de sociale en ecologische kwaliteit. Duurzaamheid is dan ook een belangrijk aspect van de woonkwaliteit. Het gaat om de mens, zijn woning en zijn woonomgeving. Een wijk is goed als mensen zich er prettig en veilig kunnen voelen, als de infrastructuur in orde is en er voldoende voorzieningen, zoals winkels en sportaccommodaties zijn. Om mensen in Nederland betaalbaar en goed te laten wonen, wordt veel geld geïnvesteerd in financiële ondersteuning van bewoners met lage inkomens en in stedelijke vernieuwing.

Overheid stimuleert woningbouw

Eeuwenlang is de bemoeienis van de overheid met de woningbouw in Nederland gering geweest. De woningbouw was vooral een zaak van gemeenten en wooncorporaties. Dat veranderde ingrijpend met de Woningwet van 1901. Hiermee kreeg de overheid veel meer invloed op de volkshuisvesting en de stedenbouw in Nederland. Het gebrek aan voldoende goede woningen duurde tot ver in de jaren '80 van de 20 e eeuw. Gemiddeld werden in de vier decennia na de Tweede Wereldoorlog zo'n 100.000 woningen per jaar gebouwd. Het overgrote deel daarvan werd gesubsidieerd door de overheid. Dankzij deze subsidies konden de huren laag blijven, terwijl ook de continuïteit in de woningbouw gewaarborgd werd. Aanvankelijk lag het accent op de bouw van veel huizen. In de jaren '70 werd dit verlegd naar meer kwaliteit. In die jaren werd ook een nieuw beleidsinstrument geïntroduceerd: de individuele huursubsidie. Dit is een aanvullende steun aan huurders die anders een te groot gedeelte van hun inkomen aan huur zouden moeten betalen.

Particuliere organisaties met publieke taken

In 2003 telde Nederland circa 6,7 miljoen woningen. Gemiddeld wonen er 2,4 mensen in een woning. Zo'n 2,3 miljoen huurwoningen (dat is circa 35% van het totaal aantal woningen in Nederland) wordt beheerd door corporaties of woningbouwverenigingen. Corporaties zijn particuliere organisaties met publieke taken. Internationaal gezien zijn ze een bijzonderheid. Decennialang hebben de overheid en de corporaties een nauwe financiële band gekend, maar sinds 1993 is die veel losser geworden.

Hoe wonen Nederlanders?

D e kenmerkendste Nederlandse bouwvorm is het zogenaamde 'rijtjeshuis', een ééngezinswoning van twee of drie verdiepingen met voor- en achtertuin, die een woonblok vormt met drie of meer vergelijkbare woningen. Daarnaast zijn in de steden veel appartementencomplexen en flatgebouwen neergezet om het toenemend aantal inwoners op een beperkte ruimte te kunnen huisvesten.

Veel Nederlanders wonen in een stedelijke omgeving. Omdat de ruimte daar beperkt is, ontstaat druk op de landelijke gebieden. Mensen willen op plekken wonen waar groen en water in de buurt is. Behalve de woonwensen van de Nederlanders zullen de veranderingen in de landbouw, de ontwikkeling van de ecologische hoofdstructuur (een aaneengesloten natuurgebied) en de waterhuishouding een grote impact hebben op de inrichting van de landelijke gebieden.

Het Groene Hart

De overheid wil de balans bewaken tussen stedelijke en landelijke gebieden. Dat is goed duidelijk te maken aan de hand van het voorbeeld van de Randstad. De Randstad is een conglomeraat van steden in het westen en midden van Nederland met uiteenlopende belangen. Het zogeheten Groene Hart ligt in het midden hiervan. Het Groene Hart mag in principe niet aangetast worden, maar in de praktijk gebeurt het wel. Door de Randstad te zien als een deltametropool is een andere kijk op de ruimtelijke problematiek mogelijk. Het hele westen van Nederland, inclusief het Nationale Landschap 'Het Groene Hart' wordt als één geheel beschouwd. Ofwel: als een waterrijke, groene delta waarin stedelijke bebouwing, water en groen in samenhang met elkaar ontwikkeld moeten worden. Dit betekent ook hier dat er tussen veel partijen overeenstemming bereikt moet worden.

banner wijsopreis.nl (GIF, 2 Kb)
Link: Ministerie van Buitenlandse Zaken